WAAROM BIJEN ZO BELANGRIJK ZIJN
Sinds er bloeiende planten zijn waarvan de bloemen bestoven moeten worden om voor nageslacht te kunnen zorgen, heeft de natuur verschillende systemen ontwikkeld om dat voor elkaar te krijgen. De opdracht is om stuifmeel uit de ene bloem (dat is manlijk zaad van een plant) over te brengen op de stamper van een andere bloem. Onder in die stamper zit de vrouwelijke eicel van de bloem die met het stuifmeel moet worden bevrucht. Bij sommige planten wordt het stuifmeel door de wind overgebracht. Zulke planten produceren enorme wolken stuifmeel (lastig als je gevoelig bent voor hooikoorts). Bij bloeiende waterplanten is het soms het water dat het stuifmeel overbrengt. Een heel grote groep planten heeft een fantastische samenwerking met allerlei soorten insecten ontwikkeld om zich te laten bestuiven (soms gebeurt dat zelfs door vogels). Onder al die insecten zijn de bijen de superbestuivers.
WIST JE DAT...
Voor iedere kilo honing die bijen produceren moeten ze 40.000 tot 60.000 vluchten maken. Ze vliegen per keer gemiddeld 2,2 km. Dus voor iedere kilo geproduceerde honing meer dan twee keer de wereld rond.
ZONDER BIJEN GEEN HONING EN VEEL MINDER VRUCHTEN
Vooral fruittelers maar ook zaadproducenten zijn voor hun productie in hoge mate afhankelijk van de nectar- en stuifmeel verzamelende bijen. Bijen zijn volledig afhankelijk van bloeiende planten… en van de mens. Zeker in Europa zijn er bijna geen wilde bijenvolken meer te vinden, als gevolg van een parasiet waartegen de bijen zonder hulp van de mens geen weerstand tegen hebben.Maar ze vinden het best om als volk in kunstmatige korven en tegenwoordig vooral kasten te leven en voor ons en de natuur te doen wat ze moeten doen, namelijk bloemen bestuiven. Als wij zorgen dat er (ook in tuinen) steeds zo veel mogelijk planten bloeien, helpen we de bijen (en onszelf) enorm.
Meer bloeiende planten betekent meer bijen!
Daar kunnen we zelf heel veel aan doen. Laat bloeiende planten groeien waar het maar kan!
BLOEMEN DIE VAN BIJEN HOUDEN
Voor mensen zijn daarvan de honingbijen (die hele volken vormen die ook ’s winters kunnen overleven) het allerbelangrijkst. Honingbijen bestuiven namelijk niet alleen heel veel gewassen waarvan wij de vruchten eten (appels, peren, kersen, pruimen, bramen, noem maar op), ze maken ook heerlijke, gezonde, voedzame honing. Zonder de honingbijen zouden veel planten veel minder vruchten geven.
Bijen bestuiven de bloemen niet opzettelijk. Het is geen bewuste handeling. Maar doordat ze op en in de bloemen rondscharrelen, blijven er stuifmeelkorrels aan hun harige lijven kleven, die er vervolgens in andere bloemen weer afgaan. Als dat bij een stamper van een bloem gebeurt, is de bestuiving geslaagd. Bloemen accepteren alleen stuifmeel van de eigen soort. Zo houden ze hun eigen soort in stand. Het kan dus geen kwaad als bijen van de ene bloemsoort naar de andere scharrelen. Dat heeft de natuur prima geregeld. En voor wie erop let: bijen houden het graag bij één en dezelfde bloemsoort. Dus is de bestuiving heel effectief.
Natuurlijk willen de bloemen van fruitbomen (vooral van appel- en kersenbomen) graag door bijen worden bestoven. Maar dat geldt ook voor koolzaad-, klaver-, heide- en lindebloesem. In de natuur halen bijen ook graag nectar op uit de bloemen van distels, wilgenroosjes, klein hoefblad, braamstruiken, honingklaver en paardenbloemen. Ook in tuinen groeien veel planten waarvan de bloemen op bijenbezoek wachten. Bijvoorbeeld Asters, Kattenkruid, Klimop, Salie, Tijm en Dahlia’s.
Alle planten die voor de bestuiving van hun bloemen grotendeels afhankelijk zijn van bijen, worden drachtplanten genoemd.
Wist je dat...
Een bijenvolk uit wel 60.000 bijen kan bestaan.